Relatieve luchtvochtigheid en virussen

Relatieve luchtvochtigheid en virussen De juiste relatieve luchtvochtigheid zorgt ervoor dat de verspreiding van Corona aanzienlijk wordt beperkt

Studie door: Lisa M. Casanova, Soyoung Jeon, William A. Rutala, David J. Weber, Mark D. Sobsey

Deze studie werd uitgevoerd om te bekijken wat de effecten van luchttemperatuur en luchtvochtigheid is op coronavirussen. De twee onderzochte virussen zijn vergelijkbaar met het SARS-CoV. Door de grote uitdagingen om dit virus te onderzoeken, is er gekozen voor “vervangende” virussen om een beter inzicht te verkrijgen in de overleving en de hardnekkigheid van coronavirussen. Hierdoor is het mogelijk het potentiële risico van transmissie en voorzorgsmaatregelen tegen virussen, zoals SARS-CoV te onderzoeken.

Uit dit onderzoek blijkt dat virussen sneller bij 20°C dan bij 4°C inactief worden, maar vooral kwam uit het onderzoek naar voren dat de virussen een grotere overlevingskans hebben bij een lage relatieve luchtvochtigheid. Het besmettelijke virus dat op roestvrijstalen oppervlakken was afgezet, bleef ten minste 3 dagen bij de juiste luchtvochtigheid (50% RV, 20 ° C) en tot 28 dagen bij de onjuiste luchtvochtigheid (20%) bestaan. Lees hieronder verder over de details van het onderzoek.

Methode

Dunne roestvaststalen teststalen werden met een vloeistof ingeënt met een bekend aantal virussen. De gebruikte vloeistof komt overeen met het menselijk lichaamsvocht (menselijke secreties). De teststalen werden verzegeld in containers. Hierna werden 9 temperatuur- en luchtvochtigheid gecontroleerde omgevingen gecreëerd met de temperaturen 4°C, 20°C en 40°C en luchtvochtigheden van 20% RV, 50% RV en 80% RV.

De snelheid van virusinactivering bij de verschillende gecontroleerde omstandigheden werd gemeten door virale plaquebepalingen (aantal virussen die een cytopathisch effect induceren) op tijdstip t (Nt), vergeleken met de initiële virusconcentratie (NO) uitgedrukt als log10. Bemonstering vond plaats met verschillende intervallen voor de verschillende omstandigheden.

Het resultaat

Het grootste niveau van virusinactivatie vond plaats bij 50% RV.

Het laagste niveau van virusinactivatie vond plaats bij 20% RV.
Inactivering was sneller bij 20 °C dan bij 4 °C, bij alle vochtigheidsniveaus.
Beide virussen werden sneller geïnactiveerd bij 40 °C dan bij 20 °C.
De relatie tussen inactivering en RV was niet monotoon en er was een grotere overleving of een groter beschermend effect bij lage RV (20%) en hoge RV (80%) dan bij gemiddeld RV (50%).
Het besmettelijke virus dat op roestvrijstalen oppervlakken was afgezet, bleef ten minste 3 dagen bij 50% RV (20 ° C) en tot 28 dagen bij 20% RV (-2 log10) bestaan.
De studie suggereert dat de onderzochte dierlijke coronavirussen (TGEV en MHV) zouden kunnen dienen als conservatieve surrogaten voor het modelleren van blootstelling, transmissierisico en controlemaatregelen voor menselijke pathogene virussen, zoals SARS-CoV en andere coronavirussen.