Foto: laminaat-6-tips-leggen

6 tips bij het leggen van laminaat

Is het tijd geworden voor een nieuwe vloer voor in je woning? Een laminaatvloer is dan één van de beste vloersoorten om uit te kiezen.

Guido van Loon

Daarbij kun je laminaat prima zelf leggen als je een beetje handig bent. In dit artikel lees je een aantal handige tips bij het leggen van laminaat, zodat jouw vloer er straks onberispelijk bij ligt.

  1. Laat het laminaat acclimatiseren

Voordat je je laminaat gaat leggen is het erg belangrijk dat je de planken eerst lang genoeg laat acclimatiseren in de ruimte waar ze komen te liggen. Door temperatuurverschillen is het namelijk mogelijk dat de planken gaan krimpen of uitzetten. Gebeurt dit wanneer je ze al hebt gelegd, dan is dit funest voor je vloer. Laat het laminaat dus altijd minimaal 48 uur acclimatiseren. Belangrijk hierbij is dat je het in de verpakking laat zitten en het recht op de grond neerlegt.

  1. Kies de juiste ondervloer

Als je laminaat gaat leggen moet je hier ook een ondervloer onder leggen. Deze zorgt er onder andere voor dat je laminaatvloer langer meegaat. Zorg ervoor dat je hierin de juiste keuze maakt. Een aantal dingen om op te letten:

Kies een ondervloer die past bij de ondergrond waarop je je vloer gaat leggen. Heb je bijvoorbeeld een betonnen ondergrond, dan is het raadzaam om te gaan voor een dampdichte ondervloer. 

Woon je in een appartement, dan is het verplicht om een ondervloer te gebruiken die op zijn minst 10db geluidsreductie biedt. Dit zorgt ervoor dat je onderburen er geen last van hebben als jij over je vloer loopt.

- Wil je je vloer voorzien van vloerverwarming? Let er dan op dat je ondervloer hier geschikt voor is. Dit geldt natuurlijk ook voor het laminaat zelf.

  1. Begin altijd in een hoek

Ga je eenmaal beginnen met laminaat leggen, doe dat dan in een hoek. Leg de eerste plank niet strak tegen de muur aan, maar plaats er één of meerdere afstandhouders tussen. Zo heeft de vloer toch nog wat ruimte om eventueel uit te zetten. Kijk ook altijd even goed op de verpakking welke kant van de plank je richting de muurzijde moet leggen.

  1. Gebruik een laminaatsnijder

Heb je de eerste baan met planken bijna af, dan kom je op een gegeven moment een muur tegen. Normaal gesproken past in de overgebleven ruimte nooit precies één plank. Je moet dus een plank gaan inkorten. Het is slim om hiervoor een laminaatsnijder te gebruiken. Hiermee zaag je een plank heel netjes en precies doormidden. Het restant van de plank kun je vervolgens gebruiken voor de volgende baan.

  1. Gebruik een decoupeerzaag voor de lastige plekken

Laminaat leggen is in principe vrij eenvoudig, totdat je ineens obstakels tegenkomt. Denk bijvoorbeeld aan leidingen van een radiator of lastige hoekjes. In deze gevallen moet je heel nauwkeurig een stukje van een plank afzagen. De meest geschikte tool om hiervoor te gebruiken is een decoupeerzaag. Teken de lastige vormen eerst af met een profielmal en zaag ze er vervolgens uit met de decoupeerzaag. Let erop dat je de plank eerst op zijn kop legt, om te voorkomen dat de toplaag beschadigd raakt.

  1. Gebruik een plintenschaar voor de plinten

De laatste opdracht bij het leggen van laminaat is het plaatsen van de plinten. Niet het meest geliefde klusje, maar essentieel voor een mooie afwerking van je vloer. De gemakkelijkste plinten om zelf te leggen zijn plakplinten. Deze plak je eenvoudig vast aan de rand van je vloer. Gebruik een plintenschaar om de plinten op maat te knippen. Hiermee knip je ze exact op 45 graden af, zodat je twee verschillende stroken bij een hoek precies recht tegen elkaar aan kunt leggen.

Klinkt het je toch allemaal als te veel werk? Dan kun je er natuurlijk altijd voor kiezen om laminaat te laten leggen. Maar onderschat jezelf niet, het mooie van laminaat is dat ook de wat minder ervaren klusser ermee uit de voeten kan.

Reacties