Er zijn diverse soorten ventilatiesystemen. Er is keuze uit een systeem B, C of D om lucht af te voeren naar buiten en verse lucht binnen te trekken.
Als je ventilatiesystemen installeert, zijn er een aantal regels. De afvoer van uitlaatgassen van de verwarming moet op een voldoende verre afstand geplaatst worden van de aanvoer van verse lucht. De beste afstand tussen beide is minimum 5 meter. Hoe verder ze van elkaar verwijderd zijn, hoe beter. Als je geen geurhinder wenst, moet je ook voldoende afstand laten tussen de uitlaat van de ventilatie en de riolen.
Een dak doorvoer is een afvoer die je op het dak plaatst. Als je een pannendak hebt, kan je deze vastzetten met lood of met een flexibele pan. Voor een plat dak gebruik je beter een plakplaat. Het is ook belangrijk om te zorgen voor een waterdichte montage, om lekken te voorkomen.
Een nadeel van dit systeem is dat je drukverlies veroorzaakt op de leidingen. Hoe groter de luchthoeveelheid, hoe groter het drukverlies. Kies dus voor een voldoende grote opening.
Een muurrooster is een goed alternatief. Dit gebruik je bijvoorbeeld als je de dak doorvoer niet ver genoeg kan plaatsen van de verwarmingsuitlaat. Zo heb je het minste risico op het binnenhalen van rookgassen. Meestal wordt er een regendruppelaar meegeleverd. Deze zorgt ervoor dat regendruppels niet op de muur terecht kunnen komen. Heb je geen regendruppelaar, dan heb je veel meer kans op zwarte strepen op de muur. Sommige muurroosters worden voorzien van insectengaas. Maar pas hiermee op, want dit heeft enkele nare gevolgen! Zo blijven insecten meestal aan de rooster plakken. Het is echter heel moeilijk om die schoon te maken! Dit insectengaas veroorzaakt ook een groter drukverlies.
Welke doorvoer je kiest, hangt volledig van je eigen situatie af. Het is vooral belangrijk dat je kiest voor een voldoende grote opening, zodat er weinig tot geen drukverlies is. Overleg met je fabrikant voor je een keuze maakt. Zij hebben de ervaring en technische kennis om je juist te adviseren.
